Februari is een vreemde maand. Achtentwintig dagen, soms negenentwintig. Eén van die dagen vieren we het feest van de liefde, en zegt wie dit niet doet, dat ze het elke dag al vieren. Sinds enige tijd kan je ook meedoen aan Tournée Minerale. Een maand lang geen alcohol drinken. Het is onze versie van wat in de rest van de wereld Dry Januari heet. Maar als een Belg dan toch een maand niet drinkt, dan liefst de allerkortste. Deze maand leek me dan ook uitgelezen om zelf iets anders te proberen en daarom begin ik te schrijven aan een blogpagina. Je zal er vanaf nu elke maand een tekst kunnen terugvinden. Een verhaal. Een gedicht. Een hersenspinsel. Een schrijfsel.

“Ik kijk stiekem al uit naar die eerste verse, sprankelende blonde schone op een zonnig terras”

Daar begin ik vandaag mee. Op 1 maart. Lap. Tot daar de goede voornemens. Maar wat is een beter moment voor een goed voornemen van februari te starten dan maart? Zo had ik nog plannen deze maand. Mijn lief, waar ik sinds een half jaar mee samenwoon in een heerlijk knus appartement midden in de stad, en ik gingen helemaal op in februari. We vierden voor het eerst Valentijn. Ach ja, ‘vieren’, we hebben die dag een uitstap gedaan. Gewapend met een nieuwe museumpas trokken we naar het KMSKA en daarna zetten we ons op een gezellig terrasje in de zon voor een late lunch met bubbels. Best Valentijnig, als ik er nu op terugkijk.

We spraken ook af mee te doen aan Tournée Minerale. 28 dagen lang geen drup alcohol drinken. De aandachtige lezer ziet hier meteen een inconsistentie in mijn verhaal, want wat dan met dat glaasje bubbels die veertiende van de maand? Wel, we planden onze Tournée net iets anders. 19 februari tot 19 maart. Dat paste het best in onze sociale agenda’s vol feestjes en andere drinkgelegenheden. Maar waar een maand 28 dagen mag tellen, mogen wij zelf onze Tournée plannen. Hoe gaat dat niet drinken? Ik ben graatmager, heb zowat al mijn haren uitgetrokken en rook de ene sigaret na de andere. Nee, het gaat wel, hoewel ik stiekem al uitkijk naar die eerste verse, sprankelende blonde schone, ergens in de tweede helft van maart op een zonnig terras. Mijn stamcafé kijkt ook uit naar die dag. Er gaat geen dag voorbij of ik word opgebeld door de uitbater. Dan vraagt hij wanneer ik terugkom. Die arme man zit bijna volledig aan de grond. Hij heeft zijn skivakantie al moeten schrappen, heeft zijn auto verkocht, zijn hond is van de honger omgekomen en hij geraakt zijn kelder niet meer in omdat die vol staat met onaangeslagen vaten bier.

Gelukkig is het maar één keer per jaar februari, en is die maand al voorbij. Tijd om mijn dopkaart binnen te brengen en op zoek te gaan naar een nieuw verhaal, voor het volgende bericht.